Het was weer eens tijd voor een fotosessie van mijn straat. Het weer wordt mooi, de lente begint en je wilt lekker naar buiten. Helaas wil ik helemaal niet naar buiten, ik wil zo snel mogelijk mijn straat uit vluchten omdat ik in een vuilnisbak leef. Hoe mooi een huis ook is, de omgeving speelt in op je gemoed. En mijn buurt speelt niet positief in op mijn gemoed…
Welkom in mijn straat. Waar mensen niet weten wat ze met hun afval moeten doen en het dus maar bij ons voor de deur neerleggen:
Dat doen ze trouwens ook aan de overkant, dus we hoeven het niet persoonlijk op te vatten:
100 meter verderop is een open veld. Op dit stuk grond zouden 25 jonge gezinnen komen wonen in ecologisch verantwoorde huizen. Dit was ook een van de redenen dat ik ben overgehaald om hier te komen wonen, het leek me een goede ontwikkeling voor de wijk, maar het project komt niet van de grond. Er is een probleem met vergunningen en aannemers. Maar hee: mijn kinderen kunnen hier fijn buiten spelen. Of toch maar niet:
Even iets dichterbij. Lekker, een volle luier!
Koffiezetapparaat, een paar gympen:
En zie hier, een gesloopte televisie/comuter:
Wat hebben we verder nog in de aanbieding? In ieder geval 1 damesschoen:
Toen liep ik naar de andere kant van de straat. Dan kom je langs dit steegje. Dat kàn gezelliger:
Om vervolgens bij het (speel)terrein van St. Leonard uit te komen. Ook al zo’n plek waar ik niet wil dat mijn kinderen op een dag alleen gaan spelen:
Worden jullie hier nou blij van? Ik niet.
Ik las in het Waals Weekblad dat mijn buurt, St. Leonard, geld gaat krijgen van de Europese Commissie. In Nederland zouden we St. Leonard met een mooi woord een ‘kansenwijk’ noemen. Een eufemisme voor een ‘hopeloze wijk’. Je kunt hier zo veel geld in pompen als je wilt, maar als de mentaliteit van de bewoners niet verandert, heb je daar nul komma nul aan.
Wanneer ik hier vertrek, weet ik nog niet. Maar blijven doe ik zeker niet.
Recente reacties